Koningshoeven [1909] Een wolververij aan de Leij in opdracht van de firma C. en J. Houben. Gesloopt. De ververij is in 1918 overgenomen door Van den Bergh-Krabbendam (BeKa) en in 1941 gesloten.
De broers Houben waren zonen van Caspar Houben die in 1852 een roodververij oprichtte. In 1881 schonk Caspar hoeven en en grond ten behoeve van de stichting van de abdij en brouwerij van de paters trappisten aan de Koningshoeven. In de wijk Jeruzalem is een straat naar hem vernoemd.
Foto: archief Harrie Schoenmakers.
Gesloopt.



Lange Schijfstraat 101-105, 1909. Drie woningen in opdracht van Adr. Verbunt. Gesloopt.

Leharstraat 139-143, 1909. Drie woningen in opdracht van A.C. van de Pol. Onherkenbaar veranderd.

Tivolistraat 43 - 45, 1909. Fraterhuis met kapel en school in opdracht van de Fraters van Tilburg. Gesloopt
Fraterhuis met vier schoollokalen waarboven een neogotische kapel. Uitbreiding in 1914 met vier schoollokalen.

Oisterwijk, Heusdensebaan 6 [1909] Een landhuis in opdracht van Karel van Erdewijk. Duitse vakstijl elementen. In 1954 is de erker in de voorgevel aangebracht. In 1906 ontwierp Jos. Donders voor Karel van Erdewijk al het café Tuinstraat 51-53. Later wit geschilderd.
 

Gasstraat 42-44 [1910]. Twee woonhuizen in opdracht van W.A. Lamers. Onherkenbaar verbouwd.

Goudenregenstraat 29-37, 1910. Vijf woonhuizen in opdracht van Jos van Croonenburg. Neorenaissance.
Fraaie arbeiderswoningen onder afgeplat mansardedak met tussen lisenen gemetselde topgevels. Uitbundig gebruik van natuurstenen decoraties. Onder de daklijsten grote witte vlakken die de eenheid in het geheel versterken, ook daar waar de hoek naar de Zuidoosterstraat wordt gevolgd. IJzeren bekroning op de lagere gedeelten van de topgevels en toepassing van veelruitse bovenlichten.

Heuvelstraat 21, 1910.  Woon- en winkelhuis in opdracht van Jan van Bommel-Mutsaers. Jugendstil.
Pand met typerend smalle houten erker tussen pilasters op het woongedeelte van de eerste verdieping. Boven op de erker en tussen de doorlopende pilasters een balkon met terugliggende deuren waardoor het twee omlijstingen heeft; aan de bovenkant afgesloten met een natuurstenen omlijsting. Het balkon, aan beide zijden geflankeerd door een dakkapel, heeft een smeedijzeren balustrade met jugendstilmotief. Onder de dakranden een eenvoudig groengeel tegeltableau. Ook de ramen op de eerste verdieping zijn iets teruggelegen, waardoor ze een extra accent krijgen.

Hoogvenschestraat 178, 1910. Wollenstoffenfabriek in opdracht van Firma W. Brands en Zn. Gesloopt.
Tweelaagse gebouwen onder plat dak en eenlaagse gebouwen onder sheddak.

Korvelplein 8, 1910. Spinnerij en duvelhok in opdracht van firma van Dooren en Dams. Gesloopt.

 

Lanciersstraat 58-62, 1910. Drie rijtjeswoningen in opdracht van  J.M. Gooding.
Eenlaagse woningen onder mansardedak met boven elke woning een topgevel met zadeldak. Onder de dakrand gemetselde sierlijsten van gele baksteen. In de topgevels een speklaag van gele baksteen

Langestraat 67, 1910. (Hoek Heuvelstraat 109), Winkelhuis met bovenwoning in opdracht van firma W. Bergmans. Jugendstil. Gemeentelijk Monument.
Hoekpand waarvan de begane grond oorspronkelijk is uitgevoerd in witte baksteen met natuurstenen versieringen en de verdiepingen in gele baksteen ter onderstreping van het woon-winkel principe. Op de hoek Langestraat-Heuvelstraat kraagt de gevel over de eerste en tweede verdieping cilindervormig uit, afgesloten met een torentje met kegeldak dat boven het gebouw uitsteekt. De lange gevel aan de Langestraat heeft twee halfronde topgevels. Dezelfde rondingen komen twee keer terug in een in de gevel uitgespaard balkon aan de korte gevel aan de Heuvelstraat: één keer als boog uitgespaard in de gevel en één keer als boogvormig gemetselde balustrade. De rustig uitgevoerde natuurstenen lateien en raamdorpels evenals de subtiele dubbele speklaag, uitgevoerd in grijze baksteen, onderstrepen de waardigheid van het pand.

Oude Lind 26, 1910. Schoenfabriek in opdracht van J. Mannaerts. Gesloopt.
Elf eenlaagse fabriekshallen onder sheddak.

Goirle, Tilburgseweg 184, 1910. Landhuis in opdracht van Emile van Dooren-Hermans. Gesloopt.
Een landhuis aan de straatweg van Tilburg naar Goirle in rustieke, eenvoudige vakwerkstijl met groot terras onder pannendak naast de entree. `Na 1945 Huize de Bocht, doorgangshuis voor de ongehuwde moeder en haar kind`. Later kraamkliniek `de Meiboom`.

Kaatsheuvel, Gasthuisstraat 30-32, 1910. Villa in opdracht van Herman Ruding. Rationalistisch. Gemeentelijk monument.
Tweelaags pand onder samengesteld zadeldak, bedekt met zwarte pannen dat ruim over de gevels heensteekt. De dakgoten hebben houten gedecoreerde consoles. Het uitstekend gedeelte van de gevel is een puntgevel onder zadeldak. Op de begane grond bevindt zich hier een erker onder schuin dak. Onder het raam van de topgevel is een natuurstenen gevelsteen aangebracht met het opschrift "Villa Ottilie". In het geveldeel hiernaast bevindt zich op de eerste verdieping een houten balkon op houten basement en met houten balustrade. Links en rechts van de balkondeuren is een geometrische versiering met witte stenen aangebracht in het metselverband. Alle bovenlichten zijn voorzien van glas-in-loodramen. Rond 1925 heeft de Kaatsheuvelse architect Prins het rechterstuk van het pand zodanig uitgebreid dat het pand voortaan uit twee woningen bestaat.

Kaatsheuvel, Hoofdstraat 7-9, 1910. Twee woonhuizen onder één kap in opdracht van Jan de Bondt-Sprangers. Gemeentelijk monument.
Eenlaags pand onder een mansardedak bedekt met zwarte pannen. In het midden een topgevel met een gemetselde open bakstenen balustrade. In het dak zijn twee dakkapellen aangebracht met een geknikt zinken schilddak. Boven de getoogde bovenramen van de entrees in een ondiep portiek bevinden zich twee rollagen boven elkaar met daartussen de inscriptie "Anno 1910". Een lijst van geglazuurde steen sluit aan op de geschilderde aanzetstenen boven deuren en ramen. De dakgoot rust op een brede witte, decoratief geprofileerde, daklijst. Alle bovenlichten van de ramen op de begane grond zijn voorzien van glas-in-lood.

Kaatsheuvel, Peperstraat 5, 1910. Woonhuis met winkelhuis in opdracht van J. Verhiel. Traditionalistisch. Gemeentelijk monument.
Eenlaags pand onder mansardedak. Boven de winkelruit is een topgevel opgemetseld, afgesloten met een gekanteelde afdekking met rode pannen. Cirkelvormig metselverband rondom het rechthoekige raam in deze gevel. Rechts een dakkapel onder lessenaardak. Onder de dakgoot bevindt zich een brede sierlijst van tegels. Gemetselde speklagen van witte verblendsteen zijn samen met gedecoreerde hardstenen sluitstenen toegepast. De bovenlichten hadden oorspronkelijk veelruitse ramen.

Bredaseweg [1911] Winkelhuis in opdracht van F.A.J.M. de Kort. Metsel- resp. timmerwerk: Jac. Schuurkes en Joh. Appels. Totale bouwsom: f 4775.
Naast het terrein der cavaleriekazerne.

Dongenseweg 16-20, 1911. Steenoven en kantoorgebouw met paardenstal in opdracht van firma Smulders en Teurlings.steenfabrikanten. Gesloopt.

Goirkestraat 27, 1911. Wollenstoffenfabriek in opdracht van firma H. Eras en Zonen. Gesloopt.

Heuvelstraat 74, 1911. Winkelhuis in opdracht van firma J. Heitkönig. Gemeentelijk Monument.
Eén winkellaag en twee woonlagen met zolder. Vier gemetselde pilasters tussen de eerste verdieping en de bovenste verdieping verdelen de gevel van het woongedeelte in drie travees terwijl de gevel van de winkellaag oorspronkelijk in tweeën verdeeld was door grote winkelruiten. De middelste pilasters lopen uit in een topgevel met natuurstenen balustrade. Natuurstenen en grijze bakstenen speklagen, een rij diamantvormige hardstenen decoraties en een grijze bakstenen laag boven de rollagen op de eerste verdieping samen met natuurstenen lateien op de bovenste verdieping doorbreken de verticale structuur van de drie travees. Oorspronkelijk waren alle ramen voorzien van veelruitse bovenlichten.

Nieuwstraat 11-21, 1911. Vier burgerwoningen en een werkplaats in opdracht van F. Donders. Gesloopt.

Noord Besterdstraat 37-43, 1911. Vier woonhuizen in opdracht van C. Vermeer. Onherkenbaar veranderd.

Piusplein 48, 1911. Woonhuis met wagenmakerij in opdracht van C. de Loos-van Cuijk. Gesloopt.

Wilhelminapark 13 en 13a. 1911.  Boven- en benedenwoning in opdracht van Bernard Pessers-Daniëls. Jugendstil. Rijksmonument.
Drielaags pand onder plat dak. Boven de rechtertravee een vierkante toren met piramidevormige spits, bedekt met singles en boven de linker travee een gepleisterde boog. Deze smalle buitenste travees springen een halve steenbreedte vooruit waarbij het hoge natuurstenen basement in een gebogen lijn deze buitenste travees met het centrale verbindt. Op de eerste verdieping vraagt de centraal gelegen loggia met getoogde overkapping en licht boogvormige gemetselde balustrade tussen bewerkte natuurstenen de aandacht. Dezelfde lichte boogvorm komt terug in de drie erkers, twee naast de loggia op boogvormig gemetseld bakstenen basement en één erboven op natuurstenen sierconsoles. Deze laatste erker is geflankeerd door sierpleisterwerk en erboven door een houten kroonlijst op klossen met daar weer boven een sterk uitkragende houten gootlijst als een soort luifel. Op de begane grond bevindt zich links een getoogd portiek met toegang tot de begane grond en tot alle verdiepingen achter de linker travee. Het rechterportiek heeft een gezamenlijke toegang tot de achtertuin en een aparte toegang tot de verdiepingen achter de centrale en rechter travee. Alle bovenlichten zijn voorzien van groen glas in kleine roedenverdeling.

Goirkestraat 66,  1912. Woonhuis in opdracht van M.J. van den Zanden. Beschermd stadsgezicht.
Woonhuis naast het kerkhof, gedeeltelijk onder plat dak en, oorspronkelijk, gedeeltelijk onder schuin naar de zijkant (kerkhofzijde) aflopend dak. Boven de getoogde poort een groot boogvormig raam tussen gemetselde lisenen en een gemetselde reling op de lijstgevel. Rechterdeel van de gevel liep oorspronkelijk getrapt omlaag tot iets boven de eerste verdieping. De opvallende bijna volledig cirkelvormige rollaag rond het rechthoekige raam is in dit gevelstuk bewaard gebleven. Alle rollagen zijn uitgevoerd in opvallend rode baksteen. Dezelfde rode stenen zijn gebruikt voor speklagen, lisenen, reling en voor decoraties onder de dakrand en raamdorpels. Veelruitse bovenlichten. Totale bouwsom f 3973.

Heuvelstraat 46, 1912. Gezichtsbepalende verbouwing bakkerswinkel in opdracht van L. Gussenhoven. Aannemer: Jac. van Gorp. Totale verbouwsom: f 1914.
Onherkenbaar herbouwd.
 

Heuvelstraat 104, 1912. Winkel met bovenwoning in opdracht van firma A. Witmond (Dhr. Glaser). Gemeentelijk Monument.
Drielaags pand met golvende dakrand en dakgoot op gedecoreerde houten klossen. Natuurstenen lateien, veelruitse bovenlichten met groen glas en een klein balkon op de eerste verdieping op natuurstenen basement en smeedijzeren balustrade. In 1916 bouwde architectenbureau Machen en Meijneken hier een pand tegenaan (nr. 106). Het rechterdeel van dit pand is een nauwkeurig spiegelbeeld van het pand nr. 104 van Jos. Donders. Bouwsom  f 4425.

Hoogtedwarsstraat 9, 1912. Fabriek en woonhuis in opdracht van firma Ferd.. Hoosemans. Gesloopt.

Sint Josephstraat 110-112, 1912. Twee heerenhuizen in opdracht van Dirk Pieter van Maren.
Twee grote identieke herenhuizen tegen elkaar. Reliëf in de gevel wordt verkregen door de uitbouw met twee afgeschuinde hoeken op de begane grond en de eerste verdieping. Hierop staat een balkon waarachter een topgevel door de daklijst breekt. Opvallend zijn de witte, gedecoreerde, natuurstenen lateien boven de ramen en deuren en de veelruitse bovenlichten ingelegd met glas-in-lood.

Lanciersstraat 42, 1912. Drijfriemenfabriek in opdracht van Dirk Pieter van Maren.
Fabriek onder mansardedak. Kopgevel met metselwerk in de Amsterdamse-Schoolstijl. In de langsgevel heerst een sterke ritmiek door herhaling van identieke ramen met segmentvormige bakstenen rollagen.

Langestraat 63-65, 1912. Herenhuis en winkelhuis in opdracht van P. Verbunt en J. van Zantbeek.  Neorenaissance. Beschermd Stadsgezicht.
Twee panden met puntgevels. Op de eerste verdieping twee erkers op gedecoreerde natuurstenen basement. Ver overhangende dakgoten op houten klossen. Alle bovenlichten zijn voorzien van veel-ruits groen glas.

Langestraat 70, 1912. Magazijnen en autogarage in opdracht van Gebr. Mathijssen. Gesloopt.

Nieuwstraat 37-39, 1912. Twee woningen in opdracht van J. Kouwenberg. Onherkenbaar vernieuwd. Bouwsom f 2875.

Oude Hilvarenbeekseweg 38, 1912. Boerenhofstede in opdracht van A. Poulussen. Langgevelboerderij. Rijksmonument.
Eenlaagse langgevelboerderij met woonhuis en stal onder zadeldak. De gevel van het woongedeelte heeft drie getoogde vensters met achtruitse bovenlichten en paneelluiken. De entree bevindt zich in een ondiep getoogd portiek. Aanzetten van de ramen en deur zijn uitgevoerd in witte verblendsteen en doorgezet als cordonlijst richting stal. De bovenkant van de gevel wordt begrensd door een dakgoot op geprofileerde houten klossen waaronder een gemetselde sierrand van afwisselend baksteen en witte verblendsteen. Op het dak bevindt zich een uitkragende schoorsteen met decoratief metselwerk. De stal heeft drie kleine getoogde vensters met zesruitse indeling. Onder de dakrand van het stalgedeelte een gemetselde tandlijst.

Spoorlaan 19, 1912. Huis met bovenwoning in opdracht van Louis Obbens. Gesloopt voor bouw van het Postkantoor.
Langgerekt ondiep pand in de spie tussen de Spoorlaan en de spoorbaan. Op de hoek een topgevel bestaande uit een cilindervormig uitgebouwde erker waarboven, in dezelfde vorm, een open gemetselde loggia waarop een kegelvormig dak ondersteund door een ronde brede rand. Op de nok van het dak versierde gemetselde schoorstenen. Natuurstenen lateien, speklagen en, aan beide zijden van de loggia, ovaalvormige versieringen in de gevel. Aan de lange gevelzijde een klein balkon op gedecoreerd natuurstenen basement met smeedijzeren balustrade. De breed overhangende dakgoot met daaronder muizetanden, versterkt de langgerektheid van het pand.

Veemarktstraat 8-10, 1912. Kantoor en magazijn in opdracht van P.C. Lombaers. Gesloopt.

Wilhelminapark 42, 1912. Café met bovenwoning in opdracht van  J. Verhoeven. Jugendstil. Gemeentelijk monument. 
Tweelaags pand met zolderverdieping onder zadeldak met één travee over de gehele breedte, opgemetseld met witte verblendsteen. Op de eerste verdieping een terugliggend balkon en daarboven een tuitgevel met getrapte hardstenen fries. In de tuit een figuratief tegeltableau, naar ontwerp van Rosenberg, met een rode haan naar de naam van het etablissement. De topgevel is tussen gemetselde lisenen van natuur- en verblendsteen geplaatst. De bovenkant van elke liseen heeft een jugendstilmotief en is bekroond met een van decoratie voorziene natuursteen. De ramen op de eerste verdieping zijn getoogd met getoogde rollagen, terwijl het middelste raam van de drie rechthoekige ramen op de tweede verdieping een opvallende boogvormige rollaag heeft. Opvallend is het gebruik van totaal verschillende stenen voor het metselwerk van de twee panden die in één opdracht voor dezelfde opdrachtgever zijn ontworpen.

Wilhelminapark 42a, 1912. Herenhuis in opdracht van J. Verhoeven. Beschermd Stadsgezicht.
Hoekpand met blinde langsgevel. Travee met teruggelegen entree, erker op natuurstenen basement ondersteund door natuurstenen consoles en octogonaal, spits torentje. De ramen op de eerste verdieping contrasteren met die op de begane grond vanwege de strakheid van deze ramen, benadrukt door opvallende, gedecoreerde, natuurstenen lateien tegenover de getoogde ramen met rollagen op de begane grond. In deze travee op de tweede verdieping een houten erker op van baksteen gemetseld basement.

Willem II straat 45, 1912. Autogarage, poetskamer en washuis in opdracht van P. Bogaers Brouwers. De autogarage is in de tuin gebouwd met ingang aan de Tuinstraat.

Alleenhoudersstraat 92, 1913. Sigarenfabriek in opdracht van firma Maas-Jongbloets. Gesloopt.

Bosscheweg 157, 1913. Woonhuis in opdracht van Th. Luijben. Gesloopt.

Heuvel 22, Jugendstil, 1913. Café met woonhuis in opdracht van Hub Otten. Jugendstil. Gemeentelijk Monument.
Een in lichte baksteen uitgevoerd pand, bestaande uit vijf traveeën waarvan de middelste drie licht naar voren komen. Over de gehele breedte van deze drie middelste traveeën bevindt zich op de eerste verdieping een uitspringende gemetselde erker. Hierbovenop een balkon met oorspronkelijk hardstenen balustrade. Contrasterend met de vele rechthoekige ramen is het midden van de topgevel voorzien van drie ramen die samen een boog vormen De buitenste traveeën zijn bekroond met hardstenen balustrades met bogen die karakteristiek uitsteken boven het gebouw. Alle ramen zijn voorzien van veelruitse bovenlichten.

Heuvelstraat 97, 1913. Herbouw gevel van winkel en magazijn in opdracht van Jos Daniëls-Hamers. Gesloopt. Totale bouwsom f 2517.

Lange Nieuwstraat 241, 1913. (Achter het woonhuis) Smederij in opdracht van P. v.d. Weegen. Metsel- en timmerwerk: Vervest en H. Coolen.

Magazijnstraat 21, 1913. Woning in opdracht van F. Baars. Gesloopt.

Nieuwlandstraat 42, 1913. Winkelhuis met slagerij in opdracht van Everardus Herculeyns.
Pand met gebogen lijstgevel met natuurstenen afsluiting. De natuurstenen plint is opgetrokken tot de eerste verdieping en vormt op de hoeken pilasters die zich op de eerste verdieping doorzetten als bakstenen pilasters. Speklagen over de gevel lopen over in de lateien en dorpels.

Oude Lind 32, 1913. Villa in opdracht van Josephus H.C. Mannaerts.
Symmetrisch pand met aan weerszijden topgevels onder zadeldak. Aan beide uiterste zijden kenmerkende hoge schoorstenen. De entree is centraal tussen de twee puntgevels gepositioneerd, teruggelegen onder een lessenaardak. Boven dit dak een gewelfde dakkapel. Aan de zijkant een houten erker op de begane grond. Alle ramen hebben veelruitse bovenlichten.

Piusplein 55, 1913. (Hoek Hoogvensestraat). Woonhuis in opdracht van Johannes van Dommelen. Gesloopt.

Piusplein 61, 1913.  Café met woonhuis in opdracht van A.F. van de Port. Onherkenbaar verbouwd.

Poststraat 54, 1913. Café (gezichtsbepalende verbouwing benedenverdieping) in opdracht van Adr. Basters. Gemeentelijk Monument.

Spoorlaan 54, 1913. Winkelhuis in opdracht van C. van de Ven. Voor een deel gesloopt.

 
 
Wilhelminapark 63-63a, 1913. Melkfabriek met woonhuis, melksalon en winkel in opdracht van de Boerencoöperatie. Jugendstil. Rijksmonument. 
Een 17 meter breed, L-vormig, tweelaags gebouw onder afgeplat schilddak met directiewoning, winkel en melksalon met daarachter de 60 meter één- en tweelaagse fabriek onder shed-, zadel- en platdak. De voorgevel met natuurstenen decoraties is uitgevoerd in grijskleurige verblendsteen met rode voeg, en de zij- en achtergevels in bruine baksteen. De voorgevel bestaat uit drie functionele delen: de naar voren springende directiewoning met winkel daaronder, de centraal gepositioneerde melksalon en de rechts daarvan gelegen fabrieksingang. Het centrale gedeelte van de gevel heeft een tuitgevel met getrapte hardstenen fries, aan beide zijden geflankeerd door smallere gevels tussen pilasters en lisenen geplaatst en voorzien van open gemetselde balustrades. Onder de tuitgevel bevindt zich een geel tegeltableau met de tekst "Coöperatieve Tilburgsche Melkinrichting en Zuivelfabriek". Onder dit tableau is een balkon gesitueerd met ijzeren balustrade met jugendstilmotieven. De fabrieksentree heeft een getoogde topgevel. Boven de deur is een natuurstenen plaquette aangebracht met inscriptie van de namen van de leden van het stichtingsbestuur. De directiewoning met de winkel wordt bekroond door een hoektoren met getrapte ramen, dubbele boogfries en een tentdak met bekroning. De dakrand wordt begrensd door een open gemetselde balustrade. Drie dakkapellen met gewelfd dakje en kleine roedenverdeling breken het dakvlak. Alle bovenlichten hebben glas-in-loodramen sommige, speciaal in de linkerzijgevel, met motieven uit het C.T.M.-wapen. Het terras is verhoogd en heeft een gemetselde balustrade van verblendsteen met natuurstenen gedecoreerde koppen met ijzeren hekwerk boven de natuurstenen plint. Boven het terras is een glazen lessenaardak als overkapping aangebracht.